Skip to content

St. Franciscus 100 jaar!

Van eigen gasthuis naar bejaardenoord tot zorgcentrum.

Twee bewoners van Gilze maakten bij hun overlijden in 1918 een aanzienlijk deel van hun vermogen over aan de Franciscanessen van de H. Elisabeth in Breda.

Maria van Miert overleed in 1918 op 72 jaar, ongehuwd en zonder nakomelingen. In 1917 en 1918 heerste de Spaanse griep: 45 volwassenen en 31 kinderen stierven aan de gevolgen van deze ziekte. Maria van Miert liet haar woonhuis aan de Raadhuisstraat plus een bedrag van tienduizend gulden na aan de congregatie onder voorwaarde dat enkele zusters in dit huis een gasthuis zouden beginnen voor zieken en gebrekkigen uit Gilze en de omgeving.

Martinus Schrauwen, welgestelde eigenaar van een leerlooierij en schoenmakerij overleed op 61 jaar, ongehuwd en zonder nakomelingen. In zijn testament stond dat hij 60.000 gulden zou schenken aan het R.K. Armbestuur als het bedrag werd besteed aan het oprichten van een R.K. Gasthuis.

De eerste drie zusters vestigden zich op 11 september 1918 in het huis van Maria van Miert. In 1919 is het huis al te klein; de legaten van Maria van Miert en Martinus  Schrauwen werden aangewend om nieuwbouw  te realiseren. Er werd een stuk grond met  boerderij – de Oude Pastorie genoemd –  aangekocht en  in augustus 1920 verhuisden enkele zusters naar het nieuwe St. Franciscusgasthuis. In 1921 konden de eerste bewoners worden opgenomen. Het gasthuis werd ook een gasthuis voor opvang van hulpbehoevenden. De zusters Franciscanessen kregen het beheer en het bestuur.

De Tweede Wereldoorlog ging aan het gasthuis en de Oude Pastorie niet ongemerkt voorbij. Net voor oudejaarsavond 1943 werd het huis en de Oude Pastorie  ontruimd. Veel zieken en oude van dagen gingen naar Dongen en Goirle. De omvangrijke inboedel van het grote gebouw werd opgeslagen in bergruimte die de inwoners van Gilze spontaan aanboden: zolders, leegstaande leerlooierijen en huizen. In maart 1944 werd het gasthuis en de Oude Pastorie door de Duitsers weer vrijgegeven. Gelukkig geen schade. In april 1945 kwamen de zusters en de pensiongasten weer terug.

In de naoorlogse jaren liep het aantal pensiongasten op tot gemiddeld zeventig. Er waren 32 kamers en vier zalen. Met de inwonende zusters en  dienstmeisjes kwam het aantal bewoners aan ruim negentig. De eisen van de tijd veranderden.  Alle  pensiongasten zouden een eigen kamer krijgen, 37 eenpersoonskamers en 19 kamers voor echtparen. Eind 1952 werd de nieuwbouw in gebruik genomen. In 1968 telde het huis 125 bejaarden en 37 zusters. Van gasthuis tot bejaardenoord; de naam veranderde in:  Huize St. Franciscus.

Bestuur en beheer waren nog in de handen van de congregatie maar in het  huishouden en de verzorging werden steeds meer leken aangesteld. Ook zusters moesten het werk neerleggen na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.  In 1970 kwam de Stichting Huize St. Franciscus tot stand, een beheersstichting die het bestuur van het bejaardenhuis op zich nam. Er waren drie leken, twee zusters en de geestelijke adviseur van de congregatie.

Eind jaren zeventig voldeed het bejaardenhuis niet meer aan de eisen van de tijd. De inspecteur Bejaardenoorden van de Provinciale Staten van Noord-Brabant achtte renovatie niet haalbaar en adviseerde vervangende nieuwbouw. In 1982 werd de beheersstichting een eigendomsstichting. Het congregatiebestuur droeg de gebouwen en de bezittingen van Huize St. Franciscus om niet aan deze stichting over. In 1985 namen de laatste zusters officieel afscheid van Gilze met uitzondering van zuster Augustina Huijbregts. Ze bleef nog tot haar pensioen in 1986. In 1988 kwam een definitief einde aan de betrokkenheid van de congregatie bij Huize St. Franciscus. De laatste 2 leden van de congregatie die nog in het bestuur zaten, traden toen af.

De provincie hield voor Gilze vast dat er bij renovatie of nieuwbouw hoogstens 81 verzorgingsplaatsen gerealiseerd mochten worden. Het bestuur  liet zich adviseren en koos voor de nieuwbouw. In 1985 vond de eerste steenlegging plaats. In maart 1986 was het nieuwe verzorgingshuis klaar. Het bestuur kreeg ook toestemming voor de bouw van 35 aanleunwoning voor bejaarden bij het bejaardenhuis.

Nieuwe visie van ouderenzorg maakte na 16 jaar opnieuw een  ingrijpende aanpassing noodzakelijk.

2002:   plannen voor de bouw van een zorgcentrum met appartementen voor ouderen die zorg binnen een instelling nodig hebben en voor ouderen met specifieke en bijzondere problemen.

2005:   fusie met Woonstichting Leyakkers voor renovatie van het bestaande verzorgingshuis en nieuwbouw bestaande uit 5 grote groepswoning voor verpleeghuiszorg, en 43 zorgappartementen.

2008:   eerste nieuwe paal en eerste steenlegging

2009:   nieuwbouw opgeleverd, eigen verpleeghuiserkenning,  5 kleinschalige  groepswoningen

2010:   nieuw complex in oktober

2011:   het zorgcentrum wordt officieel geopend.

Afsluitend van gasthuis, naar bejaardenoord en daarna naar het zorgcentrum.

De afgelopen jaren is er zwaar bezuinigd in de ouderenzorg zowel intra- als extramuraal. Het overheidsbeleid om ouderen zolang mogelijk thuis te laten wonen, leidt in de praktijk tot soms schrijnende situaties. Dit betekent voor zorgcentrum St. Franciscus een transitie van verzorgingshuis naar verpleeghuis. Een opgave voor de komende jaren.

Afsluitend concluderen wij dat na een eeuw Gilze beschikt over een eigentijds, kleinschalig zorgcentrum waar we ontzettend  trots op zijn. Onze dank gaat zeker uit naar de zusters Franciscanessen van de H. Elisabeth en onze dorpsgenoten Maria van Miert en Marinus Schrauwen die dit financieel mogelijk hebben gemaakt en het is aan ons, Raad van Bestuur en Raad van Toezicht, te werken aan de toekomst van dit prachtig zorgcentrum.

Back To Top